donderdag

735. Slag bij Badr (11)

Abd Allah ibn Amr ibn Rabia, een van de leiders van de Bani Adi en wiens vader aan de zijde van de Profeet (saws) meestreed in de Slag bij Badr, heeft overgeleverd. Oemar (ra) wees Qoedama ibn Mazoen aan als heerser van Bahrein. Qoedama was een van de strijders bij de Slag bij Badr en was via moederzijde de oom van Abd Allah ibn Oemar en Nafsa.

Sahieh al-Boekharie, Volume 5, Boek 59 (Expedities), Nummer 379

734. Liefdadigheid geven (15)

Aboe Masoed al-Badri (ra) heeft overgeleverd dat de Profeet (saws) zei: "Het uitgeven door een man voor zijn familie is een daad van liefdadigheid."

Sahieh al-Boekharie, Volume 5, Boek 59 (Expedities), Nummer 348

733. Slag bij Badr (10)

Rifaa heeft overgeleverd. Gabriel (die een van de strijders bij Badr was) kwam bij de Profeet (saws) en zei: "Hoe kijk je op jouw strijders van Badr?" De Profeet (saws) zei: "Als de beste onder de moslims" of zei een iets vergelijkbaars. Daarop zei Gabriel: "En dat waren ook de Engelen die meevochten (in de Slag) bij Badr."

Sahieh al-Boekharie, Volume 5, Boek 59 (Expedities), Nummer 343

732. Slag bij Badr (9)

Abd al-Rahman ibn Awf (ra) heeft overgeleverd. Terwijl ik streed in de voorste linie op de dag van (de Slag bij) Badr, keek ik plotseling naar mij rechterzijde en zag ik twee jonge jongens en voelde mij niet veilig tussen hen te staan. Toen vroeg een van hen mij geheimzinnig zodat de ander hem niet hoorde, "O oom! Laat mij zien waar Aboe Jahl is." Ik zei: "O neef, wat ga je hem aandoen?" Hij zei: "Ik heb Allah beloofd dat wanneer ik hem zie (Aboe Jahl) ik hem ga doden of dat ik gedood wordt voordat ik hem hem wilde gaan doden." Toen zei de ander hetzelfde net zo geheimzinnig zodat de ander hem niet hoorde. Ik zou niet tussen andere mannen willen staan dan tussen hen. Toen wees ik hen (Aboe Jahl) aan. Beiden vielen hem aan als twee havikken totdat hij tegen de grond werd geslagen. Deze twee jongens waren de zonen van 'Afra (een vrouw van de Ansari).

Sahieh al-Boekharie, Volume 5, Boek 59 (Expedities), Nummer 327

731. Slag bij Badr (8)

Abu Moesa (ra) heeft overgeleverd dat de Profeet (saws) zei: "Het goede is wat Allah ons gaf (na Oehoed) en de beloning voor de waarheid is wat Allah ons gaf na de dag van (de Slag bij) Badr."

Sahieh al-Boekharie, Volume 5, Boek 59 (Expedities), Nummer 324

730. Slag bij Badr (7)

Anas ibn Malik (ra) heeft overgeleverd. Haritha (ra) werd martelaar op de dag van (de Slag bij) Badr en hij was toen een jongen. Zijn moeder kwam bij de Profeet (saws) en zei: "O Boodschapper van Allah! Je weet hoe dierbaar Haritha is voor mij. Als hij in het Paradijs is zal ik geduldig blijven en hopen op de beloning van Allah, maar als dat niet zo is, dan want moet ik dan doen?" Hij zei: "Mag Allah genade hebben met jou! Heb je jouw verstand verloren? Denk je dat er maar één Paradijs is? Er zijn vele Paradijzen en jouw zoon is in (het meest verheven) Paradijs van al-Firdaus."

Sahieh al-Boekharie, Volume 5, Boek 59 (Expedities), Nummer 323

zondag

729. De granaatappel (3)

De Profeet (saws) zei: "De granaatappel zuivert je van de Satan en van boze aspiraties
voor de duur van 40 dagen."

herkomst onbekend

728. De Granaatappel (2)

Er is overgeleverd (door ?): "Geen granaatappel wordt rijp zonder bewaterd te worden door een druppel van het Paradijs."

(Jalaluddin) al-Suyuti

727. De Granaatappel (1)


Anas ibn Malik (ra) heeft overgeleverd dat de Profeet (sasw) zei: "Er is geen rumman (granaatappel) zonder daarin een pit van een van de granaatappels uit Jannah (Paradijs)."

Abu Nu'aim

vrijdag

726. Het kruid fenegriek (3)

Kasim ibn Abd ar-Rahman heeft overgeleverd dat de Profeet (saws) zei: "Meng helba/methi (fenegriek) in jouw medicijnen."

Ibn al-Qayyim al-Jawziyya

donderdag

725. Het kruid fenegriek (2)


Imam al-Haythami meldt dat Muadh ibn Jabal (ra) heeft overgeleverd dat de Profeet (saws) zei: "Als mijn gemeenschap eens wist wat er allemaal in helba (fenegriek) is, dan zouden zij het kopen en haar gewicht in goud betalen."

Imam al-Haythami in Mayma az-Zawa'id (5/44) en imam at-Tabarani in Musnad ash-shamiyin (nr. 401)

724. Het kruid fenegriek (1)


Overgeleverd is dat de Profeet (saws) een bezoek bracht aan de zieke Sa'd ibn Abi Waqqas in Mekka en om een dokter vroeg om hem te onderzoeken. Zij brachten al-Harith ibn Kaladah (ra) die hem onderzocht en hij zei: "Er is niets (ergs) met hem, kook alleen wat helba/hulbah (fenegriek) met (ajwa-)dadels en laat hem dat eten". Sa'd zou dat gedaan hebben en was genezen.

Bron onbekend

723. Etiquette bij het eten (4)

Safwan ibn Umayyah (ra) heeft overgeleverd. Ik at samen met de Profeet (saws) en rukte met mijn hand het vlees van het bot. Hij zei: "Breng het bot tot dicht bij je mond, want dat is gunstiger en gezonder."

Soenan Aboe Dawoed, Boek 27 (Eten), Nummer 3770

722. Etiquette bij het eten (3)

Aicha (ra) heeft overgeleverd dat de Profeet (saws) zei: "Eet niet met een mes, dat is een vreemde gewoonte, maar bijt het, want dat is gunstiger en gezonder."

Soenan Aboe Dawoed, Boek 27 (Eten), Nummer 3769

721. Etiquette bij het eten (2)

Umar ibn Abu Salamah (ra) heeft overgeleverd dat de Boodschapper van Allah (saws) zei: "Kom dichterbij, mijn zoon, noem de naam van Allah, eet met je rechter hand en eet wat is dicht bij jou."

Soenan Aboe Dawoed, Boek 27 (Eten), Nummer 3768

dinsdag

720. Etiquette bij het eten (1)

Abd Allah ibn Abbas (ra) heeft overgeleverd dat de Boodschapper van Allah (saws) twee manieren van eten verbood; aan een kleed zitten waarop wijn is gedronken en het eten terwijl een man op zijn buik ligt.

Soenan Aboe Dawoed, Boek 27 (Eten), Nummer 3765

719. Uitstellen van gebed

Jabir ibn Abd Allah (ra) heeft overgeleverd dat de Boodschapper van Allah (saws) zei: "Gebed moet niet uitgesteld worden voor een maaltijd of iets anders."

Soenan Aboe Dawoed, Boek 27 (Eten), Nummer 3749

718. Het eten van dadels

Jabir ibn Abd Allah (ra) heeft overgeleverd dat de Boodschapper van Allah (saws) terugkeerde uit een vallei waar hij heen was gegaan om tot rust te komen. Er lagen bij ons enkele gedroogde dadels op een schild. We riepen hem en hij at met ons. Hij raakte geen water aan.



Soenan Aboe Dawoed, Boek 27 (Eten), Nummer 3753

717. Het bruiloftsfeest

Zubayr ibn Uthman (ra) heeft overgeleverd dat de Profeet (saws) zei: "Het bruilofsfeest op de eerste dag is een verplichting, dat op de tweede dag is een goede gewoonte, maar dat op de derde dag is om mannen te laten horen en te laten zien." Qatadah zei: "Een man vertelde mij dat Said ibn al-Musayyab was uitgenodigd voor een bruilofsfeest op de eerste dag en accepteerde het. Hij was nogmaals uitgenodigd voor de tweede dag en accepteerde. Toen hij uitgenodigd werd voor de derde dag, accepteerde hij het niet en zei: Zij zijn de mensen die mannen het laten horen en laten zien."

Soenan Aboe Dawoed, Boek 27 (Eten), Nummer 3736

vrijdag

716. Paradijs binnentreden

Overgeleverd door Aboe Hoerairah (ra): De Boodschapper van Allah (saws) zei, "Al mijn volgelingen zullen het Paradijs binnentreden behalve degenen die weigeren." Zij zeiden, "O Boodschapper van Allah! Wie zal weigeren?" Hij (saws) zei, "Wie mij gehoorzaamd zal het Paradijs binnentreden en wie mij niet gehoorzaamd zal geweigerd worden (binnen te treden)."

Sahieh al-Boekharie, Volume 9, Boek 92 (Standvastigheid), Nummer 384

715. Niet naar de dood verlangen

Overgeleverd door Anas ibn Malik (ra). Als ik het niet van de Profeet (saws) had horen zeggen "Je moet niet naar de dood verlangen", dan zou ik er naar verlangen.

Sahieh al-Boekharie, Volume 9, Boek 90 (Wensen), Nummer 339

714. Luisteren naar je leider

Anas ibn Malik (ra) heeft overgeleverd dat de Boodschapper van Allah (saws) zei: "Je moet luisteren naar en gehoorzamen aan je heerser, zelfs al was hij een Ethiopische (zwarte) slaaf wiens hoofd eruit ziet als een rozijn."

Sahieh al-Boekharie, Volume 9, Boek 89 (Oordeel), Nummer 256

zaterdag

713. Straffen van een volk

Abd Allah ibn Oemar (ra) heeft overgeleverd. Ik hoorde de Boodschapper van Allah (saws) zeggen: "Als Allah van plan is een volk te straffen, dan straft Hij hen allen en zullen zij worden beoordeeld op basis van hun daden."

Sahieh Moeslim, Boek 40 (Paradijs), Hadieth 6880

712. Het goede hopen van Allah

Jabir ibn Abd Allah al-Ansari (ra) heeft overgeleverd. Ik hoorde de Boodschapper van Allah (saws) drie dagen voor zijn overlijden zeggen: "Niemand van jullie moet sterven zonder het goede te hopen van Allah, de Verhevene en Glorieuze."

Sahieh Moeslim, Boek 40 (Paradijs), Hadieth 6877

711. Man en vrouw op Dag des Oordeels

Aicha (ra) heeft overgeleverd dat zij de Boodschapper van Allah (saws) hoorde zeggen: "De mensen worden blootvoets, naakt en onbesneden verzameld op de Dag van de Opstanding." Ik zei: "Boodschapper van Allah, zijn de man en vrouw samen op de Dag van de Opstanding en kijken zij naar elkaar?" Hierop antwoordde de Boodschapper van Allah (saws): "Aicha, de zaak is veel te serieus voor hun om naar elkaar te kijken."

Sahieh Moeslim, Boek 40 (Paradijs), Hadieth 6844

zondag

710. Wedijver niet over voedsel

Abd Allah ibn Abbas (ra) heeft overgeleverd dat de Profeet (saws) verbood dat het voedsel waar twee mensen over wedijveren gegeten mag worden.

Soenan Aboe Dawoed, Boek 27 (Eten), Nummer 3745

709. De eer verdedigen

Aboe Darda (ra) heeft overgeleverd dat de Profeet Mohammed (saws) zei: "Degene die de eer van zijn broeder verdedigt, zal Allah zijn gezicht op de Dag des Oordeels beschermen tegen het hellevuur."

Soenan al-Tirmidhi, nummer 468

zaterdag

708. De vrouwen van de Profeet (6)

Anas ibn Malik (ra) heeft overgeleverd dat de Profeet (saws) een bruiloftfeest hield voor Safiyya (bint Huyayy, ra) met een maaltijd en dadels.

Soenan Aboe Dawoed, Boek 27 (Eten), Nummer 3735

707. Slachten van koe of kameel

Jabir ibn Abd Allah (ra) heeft overgeleverd dat wanneer Profeet (saws) terug kwam naar Medina, hij een kameel of koe liet slachten.

Soenan Aboe Dawoed, Boek 27 (Eten), Nummer 3738

706. Liefdadigheid geven (10)

Aboe Hoerairah (ra) heeft overgeleverd dat de Profeet (saws) zei: "Gastvrijheid duurt drie dagen en daarna is het sadaqah (liefdadigheid)."

Soenan Aboe Dawoed, Boek 27 (Eten), Nummer 3740

705. Geschenken geven

Ibn Abbas (ra) heeft overgeleverd dat de Boodschapper van Allah (saws) zei: "Het slechte voorbeeld is niet voor ons. Hij die zijn geschenk terugneemt is als een hond die zijn eigen braaksel doorslikt."

Sahieh al-Boekharie, Volume 3, Boek 47 (Geschenken), Nummer 791

zondag

704. Goed zijn voor je buren (4)

Aicha (ra) heeft overgeleverd. Ik zei, "O Boodschapper van Allah (saws)! Ik heb twee buren, wie van hen zal ik een geschenk geven. De Profeet zei: "(Geef) degene wiens deur het dichtste bij jou is."

Sahieh al-Boekharie, Volume 3, Boek 47 (Geschenken), Nummer 767

703. Iets onjuist toeeigenen

Said ibn Zaid (ra) heeft overgeleverd dat de Boodschapper van Allah (saws) zei: "Wie zich op een onjuiste wijze land van iemand toeeigend, zal (op de Dag van de Opstanding) omhangen worden met de zeven werelden."

Sahieh al-Boekharie, Volume 3, Boek 43 (Onderdrukking), Nummer 632

702. De onderdrukker (3)

Anas ibn Malik (ra) heeft overgeleverd dat de Boodschapper van Allah (saws) zei: "Help jouw broeder, hetzij hij een onderdrukker is of onderdrukt wordt." Mensen vroegen: "Oh, Boodschapper van Allah! Is het goed om hem te helpen wanneer hij wordt onderdrukt, maar hoe moeten wij helpen wanneer hij een onderdrukker is?" De Profeet antwoordde: "Door hem te verhinderen anderen te onderdrukken."

Sahieh al-Boekharie, Volume 3, Boek 43 (Onderdrukking), Nummer 623

701. De onderdrukker (2)

Anas ibn Malik (ra) heeft overgeleverd dat de Boodschapper van Allah (saws) zei: "Help jouw broeder, hetzij hij een onderdrukker of onderdrukte is."

Sahieh al-Boekharie, Volume 3, Boek 43 (Onderdrukking), Nummer 623